Bad

Definitie, oorsprong en gebruik van balkenbrij

Inhoudsopgave:

Anonim

The Spruce / Rene Mesman

Balkenbrij is een ouderwetse Nederlandse delicatesse gemaakt met stukjes varkensvlees van de kop van het dier, gekookt in een bouillon op smaak gebracht met kruiden bekend als rommelkruid (een mengsel van zoethout, anijs, kaneel, gember en sandelhout) verdikt met boekweitmeel. Sommige recepten bevatten ook rozijnen of krenten.

In zijn boek De Dikke Van Dam (Amsterdam, Nijgh en Van Ditmar, 2006) schrijft auteur Johannes Van Dam dat er altijd twee mensen nodig waren om de traditionele balkenbrij te bereiden; één om de pap te roeren en één om de bloem toe te voegen en de pot vast te houden. Langzaam, stabiel koken was nodig om de bloem te koken, en de massa moest drie keer 'knallen' voordat het klaar was, tegen welke tijd de roerarm bijna kreupel zou zijn van inspanning. Van Dam beveelt aan om het in de magnetron te koken om dit probleem te voorkomen. Eenmaal gekookt, wordt de balkenbrij overgebracht naar een schoon blik en afgekoeld, waarna het kan worden gesneden, bedekt met bloem en gebakken in boter in een koekenpan tot goudbruin en knapperig.

Oorsprong en Etymologie

Dit zuinige gerecht werd meestal na de slacht gemaakt, met vlees dat anders verloren zou gaan. Balkenbrij was eigenlijk vaak een bijproduct van het maken van hoofdkaas (de Nederlandse versie van kaas of hoofdkaas). De naam komt van de woorden balk , die ooit een synoniem was voor 'darmen' en brij , wat 'brij' of 'pap' betekent.

Ook gekend als

Karboet , tuet of pannas . Het is vergelijkbaar met Amerikaans scrapple en nauw verwant aan Duitse panhas (of pannas ) en möppkenbrot .

Maak je eigen Balkenbrij

Nu zuinig van neus tot staart eten weer een ding is geworden, is er nooit een betere tijd geweest om dit bijna vergeten Nederlandse gerecht af te stoffen. Maak het helemaal opnieuw met dit balkenbrij-recept uit het kookboek van The Dutch Kitchen.